Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Griëtte en Heleen gaan offgrid

Drie dagen in de natuur zonder telefoon

Zonder moderne technologie van huisje naar huisje lopen. Dat was het plan van hoofdredacteur Griëtte Vonck en mij, eindredacteur Heleen Dekens. We hadden allerlei scenario’s bedacht: dat we te weinig eten mee zouden hebben, te veel spullen zouden meesjouwen en dat we man, kinderen of telefoon zouden missen. Maar dat we op dag twee ’s avonds laat in een hotel zouden eindigen? No way.

Deel:

Tijdens het maken van een Eva magazine over moderne technologie werd Griëtte nieuwsgierig: hoe zou het zijn om een tijdlang geen gebruik te kunnen maken van de nieuwste snufjes? Wat zouden we missen en wat juist niet? En dus namen we de proef op de som. Via cabiner.com boekten we zogenaamde cabins. Deze zelfvoorzienende huisjes staan midden in het bos en kun je alleen lopend bereiken. Je moet maar afwachten of er mobiel bereik is, en wifi is er gegarandeerd niet.

Offline in de natuur

Van tevoren hadden we er zin in. Drie dagen in de natuur, met alleen de zorg voor jezelf. Geen e-mails of appjes om te beantwoorden. Niet gebeld kunnen worden. Niet weten waar nu weer natuurgeweld heeft plaatsgevonden of moord is gepleegd. Wakker worden van fluitende vogels in plaats van een wekker of kinderstemmen.

De paklijst op de website van Cabiner bood houvast voor het essentiële wat mee moest, zoals wandelschoenen, een slaapzak, hoeslaken en maaltijdpakketten. Bij het inpakken voor een weekendje weg of vakantie denk ik vaak: als ik iets vergeet, koop ik het daar wel. Dat gemak miste ik nu.

“Heb je wel een trui mee? ’s Avonds koelt het flink af”, appte Griëtte de dag voor vertrek.  
Ik: “Ja! Hoe zwaar is jouw tas inmiddels?”
“Ruim tien kilo”, reageerde Griëtte en vroeg: “Ben je al ongesteld?”
Ik: “Ja, hopelijk is het morgen voorbij.”

De cabins waar we naartoe gaan, staan midden in een natuurgebied, daar laat je geen afval achter. We moeten ons eigen afval mee terug nemen. En ja, dus ook eventueel menstruatieafval. Wat ook beslist mee moest in onze tas: een kaart om bij het juiste huisje aan te komen. We zochten de routes op en printten die op papier. En we namen een oude Nokia, zonder internetabonnement, mee als noodtelefoon. Alleen onze mannen en een collega kregen dit nummer, zodat we bereikbaar zouden zijn als er iets ernstigs aan de hand was.

Telefoon uit

De ingepakte tassen stopten we in de auto en vol enthousiasme reden we richting de bossen van het Drentse Aa. Hoe verder we vanuit Hilversum naar het noorden reden, hoe rustiger het op de weg werd. Aangekomen op de parkeerplaats zetten we onze telefoon uit en leggen die in de auto. Dat voelt kaal. Ik ben zo vertrouwd met mijn smartphone, ik heb hem bijna altijd bij me. “Ik denk niet dat ik social media of het appen ga missen, maar vooral het gebruiksgemak dat een telefoon biedt”, zeg ik. “Ik denk dat ik het wel ga missen”, reageert Griëtte.

We zetten onze telefoon uit en leggen die in de auto. Dat voelt kaal.

Daar gaan we: met zo’n twaalf kilo aan bepakking op onze rug het bos in. Na een paar kilometer wandelen, zien we in de verte tussen de bomen een klein houten huisje. Via een smal wandelpad komt de cabin, met een paar zonnepanelen op het dak, in zicht. Door middel van een cijferslot openen we de deur waar twee paar wollen sloffen, bij wijze van welkom, voor ons klaarstaan. De bedden zijn niet te missen als we de cabin binnenstappen. Eén groot bed als hoogslaper die te bereiken is met een stalen trappetje. En één groot bed beneden met vlak daarnaast een lekkere loungestoel en kachel. Verder is er een klein keukentje met daarachter een droog-wc en douche.

Heleen en Griette gaan offline
Heleen en Griette gaan offline. Credits: Jeannine Rijsdijk.

Stil

Nadat we ons onderkomen hebben bewonderd, is er werk aan de winkel. Met een traditionele waterpomp pompen we water uit de grond om wat te drinken. Er moet hout gehakt worden zodat we de kachel aan kunnen steken. Dit vuur hebben we nodig om op te kunnen koken en ook om warm water uit de kraan te laten stromen als we willen douchen. En dat willen we na een flinke wandeling.

Terwijl het eenpansgerecht in de gietijzeren pan staat te pruttelen op de kachel, maakt Griëtte koffie met een percolator op een bio-ethanol-brander. Met een beker warme koffie in onze handen gaan we op de veranda voor het huisje zitten. We horen niks, behalve wat geritsel van bladeren en diertjes in de struiken. De zon zakt langzaam achter de bomen en maakt plaats voor de maan en sterren.

Aandacht

Dat we geen telefoon hebben, helpt om echt aandacht te hebben voor het moment. We hoeven geen rekening te houden met de (mogelijke) onderbreking van een appje of e-mail. Het zorgt ervoor dat we verzeild raken in een goed gesprek over familie, vriendschappen en werk.

Pas als we naar bed gaan, missen we onze telefoon. “Het voelt raar”, zegt Griëtte. “Het is zo vanzelfsprekend dat mijn telefoon er altijd is. Maar nu besef ik eigenlijk hoe lekker het is om er los van te zijn.” Dit is voor mij een moment waarop ik anders mijn man een appje had gestuurd. Dan had ik gevraagd hoe zijn dag was geweest, hoe het met de kinderen ging en hem welterusten gewenst. Maar dat kan dus niet. Vroeger zeiden mijn ouders altijd: ‘Geen bericht is goed bericht.’ Daar vertrouw ik nu maar op.

Dat we geen telefoon hebben, helpt om echt aandacht te hebben voor het moment

We worden wakker van het licht dat langs de gordijnen naar binnen schijnt.

“Ik heb zó lekker geslapen”, zegt Griëtte terwijl ze zich uitrekt. “Normaal gesproken lig ik ’s ochtends eerst een half uur met mijn telefoon in bed, maar ik mis het echt niet. Het is juist relaxed en ik geniet ervan om niet direct ‘aan’ te staan.” We kunnen geen nieuws checken, kijken wat voor weer het wordt of mails beantwoorden. Dus we ontbijten, pakken onze tas in en vertrekken naar onze volgende overnachtingsplek.

We lopen al ruim een uur door het bos als we checken of we de goede kant op lopen. Gelukkig zien we een fietsster die we staande houden. Wat blijkt? We zijn finaal de verkeerde kant op gegaan en moeten weer een heel eind terug.

“Grappig,” zegt Griëtte, “als je zelf geen telefoon mee hebt, kom je sneller in contact met anderen. De mensen zijn hier heel vriendelijk.” Dat ben ik zeker met haar eens, maar nu baal ik vooral enorm. Eenmaal op de juiste route, krijg ik weer goede moed.

Ontspanning

Geen telefoon bij je hebben brengt ook ontspanning. We hebben lol samen, genieten van de leuke wandelpaden, de natuur om ons heen en een frisse duik in een prachtig meer. Aan het einde van de middag lopen we steeds dieper het bos in en komen we aan bij onze overnachtingsplek. Denken we. Op de rand van bos en hei zou een huisje moeten staan volgens onze kaart. We zijn ervan overtuigd dat dit de plek is, maar we zien nergens een cabin. We lopen wat heen en weer, maar kunnen het niet vinden. Zijn we dan toch verkeerd? We kunnen het aan niemand vragen, niet checken op internet via onze telefoon.

Straks wordt het donker. Dan moeten we óf in de cabin zitten of terug zijn bij de parkeerplaats...

Benieuwd hoe dit afloopt? Het héle verhaal is te lezen in Eva 5.

Geschreven door

Heleen Dekens

--:--